MS@Work project: Onderzoek naar empathie bij relapsing-remitting MS

Een nieuwe publicatie van het MS@Work project. Op 2 maart 2020 verscheen in Multiple Sclerosis and Related Disorders het artikel Empathy in multiple sclerosis – Correlates with cognitive, psychological and occupational functioning van Karin van der Hiele en coauteurs.

Sociaal cognitieve vaardigheden zoals empathie zijn van groot belang voor een adequaat functioneren in samenleving en beroep. Dr. Karin van der Hiele van de Universiteit Leiden en medewerkers onderzochten of er verschillen in empathie zijn tussen mensen met MS en gezonde controlepersonen. Ook keken zij naar mogelijke verbanden tussen empathie en cognitief, psychologisch en beroepsmatig functioneren.   

278 mensen met relapsing-remitting MS en 128 gezonde controles namen aan het onderzoek deel. Zij vulden een aantal vragenlijsten (MS4 Research Institute) in en werden neurologisch en neuropsychologisch onderzocht. Mann-Whitney U-testen werden gebruikt om verschillen in empathie tussen beide groepen te onderzoeken, en Pearson en Spearman rank correlatieanalyses om verbanden tussen empathie en de overige uitkomsten na te gaan. 

Empathie bleek niet te verschillen tussen mensen met MS en gezonde controlepersonen. Bij mensen met MS ging meer empathie gepaard met een hogere opleiding (X2(df) = 13.2(2), p = 0.001), beter verbaal leren (r = 0.20, p = 0.001), minder depressieve klachten (r=-0.21, p = 0.001), grotere extrovertheid (r = 0.25, p ≤ 0.001), grotere aangenaamheid (r = 0.55, p ≤ 0.001), grotere nauwgezetheid (r = 0.27, p ≤ 0.001), betere functioneren op het werk, zoals werk indelen (r = 0.23, p = 0.002) en minder cognitieve of psychologische barrières op het werk (r = -0.21, p = 0.001).

Bij de gezonde controles hield grotere empathie verband met minder depressieve klachten (r = -0.34, p ≤ 0.001), minder moeheid (r = -0.37, p ≤ 0.001), grotere aangenaamheid (r = 0.59, p ≤ 0.001) en beter functioneren op het werk voor wat betreft werkvaardigheid vergeleken met ‘lifetime best’ (r = 0.28, p = 0.001) en minder cognitieve of psychologische barrières op het werk (r = -0.34, p ≤ 0.001).

In beide groepen was er geen verschil in empathie tussen mensen met en zonder werk.

De resultaten wijzen erop dat RRMS geen invloed heeft op empathie. Om hier meer zekerheid over te krijgen zijn lange termijnonderzoeken nodig waarin patiënten gedurende meerdere jaren worden gevolgd.

Referentie: Empathy in multiple sclerosis – Correlates with cognitive, psychological and occupational functioning. Van der Hiele K, van Egmond EEA, Jongen PJ, van der Klink JJL, Beenakker EAC, van Eijk JJJ, Frequin STFM, Hoitsma E, Mostert JP, Verhagen WIM, van Gorp DAM, Middelkoop HAM, Visser LH. Mult Scler Relat Disord. 2020 Mar 2;41:102036. DOI: 10.1016/j.msard.2020.102036

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *